De titel van deze bijdrage verwijst naar de gelijkenis uit Lucas 16, over de rentmeester die de eigendommen van zijn baas verkwistte en daarom werd ontslagen. Hij besloot snel vrienden te maken door de schulden van de schuldenaars van zijn baas te verlagen. En de baas prees de oneerlijke rentmeester om zijn slimheid. Jezus concludeert: maak vrienden met behulp van de valse mammon, opdat jullie in de eeuwige tenten worden opgenomen wanneer de mammon er niet meer is. In wat volgt gebruik ik deze gelijkenis als kapstok voor enkele gedachten over relatiebeheer in de wereld van de valse mammon.
Maak vrienden met behulp van de mammon
Het werk van relatiebeheerders heeft met geld te maken. Het sluiten van contracten en het monitoren van de uitvoering daarvan is een belangrijk deel van ons werk.
Het geld dat hiermee gemoeid is bestaat uit giften. Onze partners worden er beter van, en wij als medewerkers ook. Samen zijn we de strijkstok die de muziek mogelijk maakt. Dankzij deze financiële transacties kunnen partners in Afrika, Latijns-Amerika, Azië en Oost-Europa het werk doen waarmee ze de levens van mensen aan de basis van de samenleving daar proberen te verbeteren. Relatiebeheerders vormen samen met de partnerorganisaties een kanaal waarlangs gevers in Nederland iets kunnen betekenen voor mensen ver weg die ze zelf niet kennen.
Zonder geld is ons werk niet mogelijk en veel van het werk van de partners ook niet. Geld als inkomen voor de professionele werknemers, als kapitaal om de nodige goederen en diensten in te kopen. En dat geld is onlosmakelijk verbonden met het mondiale geldsysteem.
Maar we gaan anders met geld om dan veel andere sectoren van de economie. Het geld dat naar partners gaat bestaat uit giften, niet uit leningen. De relatie van de partners met de donoren wordt niet gekenmerkt door financiële schuld. We hebben niets terug te eisen en worden zelf niet beter van het werk van de partners. Zij zijn in zekere zin vrij ten opzichte van ons.
Tegelijk verleent de structuur van de geldstroom ons macht. Zoals het georganiseerd is, hebben wij macht om te beslissen waar de beperkte financiële middelen naartoe gaan. En daarmee hebben we macht over het inkomen, het levensonderhoud, van diegenen die voor onze partnerorganisaties werken. Dat staat gelijkwaardigheid in de relaties in de weg en daar wringt het. Het legt een grote verantwoordelijkheid bij relatiebeheerders om voorzichtig met deze macht om te gaan en deze niet te gebruiken om de agenda van partners te bepalen.
Zoals het georganiseerd is, hebben wij macht om te beslissen waar de beperkte financiële middelen naartoe gaan. En daarmee hebben we macht over het inkomen, het levensonderhoud, van diegenen die voor onze partnerorganisaties werken.
We verwachten van partners dat zij verantwoording afleggen over het gebruik van de giften. Zoals ook van ons gevraagd wordt verantwoording af te leggen over de besteding van de fondsen. Omdat wij samen de verantwoordelijkheid hebben om deze giften om te zetten in resultaten voor mensen die het nodig hebben. Zaken als ANBI, CBF-keurmerk, Partos9001 en andere eisen die aan ons werk gesteld worden, staan niet in dienst van de mammon, maar zijn er juist om te voorkomen dat de valse mammon beslag legt op het beetje geld dat we hem afhandig gemaakt hebben en waarmee we, tegen de logica van de mammon in, een schuldeloze transactie laten plaatsvinden.
Zo maken we vrienden, met behulp van de mammon. Het is merkwaardig dat veel van de goede relaties en vriendschappen die je gaandeweg in dit werk opbouwt, zonder financiële transacties niet hadden bestaan. Dat roept ook de vraag op, welke relaties er over blijven als er geen geld meer in het spel zal zijn.
De mammon is vals
Zijn we ons bewust van de spanning tussen financieel-economisch onrecht en de Bijbelse vraag om recht? Dat was de vraag van een studiemiddag van de NZR. Als ik om me heen kijk binnen onze organisatie, denk ik dat alle collega’s zich hiervan bewust zijn. We hebben weet van het onrecht waar het grote kapitaal een rol in speelt en tegelijk van het feit dat we zonder geld onze partners niet zouden kunnen ondersteunen zoals we nu doen.
Bij Kerk in Actie hanteren we de volgende omschrijving van ons doel:
| Kerk in Actie zet zich samen met kerken en organisaties wereldwijd in voor een samenleving waarin mensen tot hun recht komen, weet hebben van Gods liefde voor allen, in vrede samenleven en zorg dragen voor elkaar en de schepping. |
Zending en werelddiaconaat zijn in deze opdracht onlosmakelijk verweven. Veel van het werk wordt door partners gedaan vanuit het perspectief van mensenrechten, rechtvaardigheid en gerechtigheid. In deze filosofie is liefdadigheid die afhankelijkheid in stand houdt niet goed, maar gaat het erom mensen te bevrijden uit onderdrukkende structuren van maatschappelijk onrecht. We zijn ons ervan bewust dat het onrecht waaronder mensen in Afrika, Azië en Latijns-Amerika leven niet losstaat van de welvaart en dominantie van het Westen. We verlenen geen gunsten, maar proberen eraan bij te dragen dat mensen krijgen waar ze recht op hebben: een menswaardig bestaan.
Veel collega’s hebben de behoefte om over deze wereldwijde samenhang te vertellen. Een spanning die daarbij geregeld intern optreedt is die tussen het belang van fondsenwerving enerzijds en educatie of bewustwording anderzijds. Om ons werk te kunnen doen en partners te ondersteunen is geld nodig. Fondswerving staat soms op gespannen voet met het kritische verhaal over de verantwoordelijkheid van onze samenleving voor het onrecht waartegen onze partners strijden. De vraag is: zijn wij bereid om meer te geven dan ‘van onze overvloed’?
Fondswerving staat soms op gespannen voet met het kritische verhaal over de verantwoordelijkheid van onze samenleving voor het onrecht waartegen onze partners strijden.
Soms gaat het om ongemakkelijke verhalen, zoals wanneer we proberen in Nederland het goede te doen, maar blijkt dat we bijdragen aan het verkeerde. Partners in Indonesië vertellen bijvoorbeeld over de milieuschade door mijnbouw vanwege grondstoffen voor elektrische auto’s. Mensen in Nederland stappen vanwege klimaatbewustzijn over op elektrisch rijden en bij het dienstencentrum zijn laadpalen neergezet. Hoe brengen we die verhalen bij elkaar?
Een andere spanning die intern speelt is die tussen het belang van (vlieg)reizen als middel om onze relaties te onderhouden en de impact die dit reizen heeft op klimaat en milieu. Hier gaat het niet direct over onze relatie met het grote geld, maar indirect speelt dit wel een rol. Zijn we bereid en in staat om onze voetafdruk te verkleinen, ten behoeve van wereldwijde gerechtigheid?
Tenslotte, om het geld van A naar B te krijgen zijn we afhankelijk van banken. Die afhankelijkheid komt tot uiting in eisen die banken aan Kerk in Actie stellen en de beperkingen die ze opleggen. In het kader van de strijd tegen witwassen en terrorisme is het haast onmogelijk om geld over te maken naar partners in landen als Syrië en Myanmar. Dan moet er flink gepraat worden om banken te overtuigen van de betrouwbaarheid van deze geldstromen.
Ook op andere momenten zoeken we het gesprek met banken. Niet om een gunst te vragen, maar om zorgen aan te kaarten over de koers ten aanzien van duurzaamheid en sociale rechtvaardigheid. Vanwege de genoemde afhankelijkheid is het dan wel van belang de relaties goed te houden, ook wanneer we kritisch zijn.
Ondanks deze moeilijkheden is er wel ontwikkeling in het omgaan met ‘het grote geld’. In november 2024 werd door de synode de notitie ‘Laat gerechtigheid stromen’ aangenomen. Die notitie is nu leidend voor het publieke spreken van de kerk over ‘ecologische gerechtigheid’ en wordt langs verschillende lijnen uitgewerkt naar beleid voor de Dienstenorganisatie en Kerk in Actie en voor lokale gemeenten en classicale colleges. Daarin gaat het onder andere over duurzaam grond- en geldbeheer. Zo zijn dit jaar de Boaz Beleggingsfondsen opgericht om duurzaam beleggen makkelijker te maken voor kerkelijke gemeenten. In dit verband kan ook De Nieuwe Beurskoers genoemd worden, een vereniging van beleggers waar de Protestantse Kerk in Nederland lid van is, die tot doel heeft het gesprek over verantwoord ondernemen te voeren met grote bedrijven.
Wanneer de mammon er niet meer is
In de gelijkenis blijkt dat de mammon niet het eeuwige leven heeft. Dat is een geloofsuitspraak van Jezus en deze geeft perspectief ook voor vandaag. De systemen zoals we die kennen hebben niet het eeuwige leven. De macht die ze over mensen hebben kan ook ongedaan gemaakt worden.
De Wereldraad van Kerken en de World Communion of Reformed Churches zijn wereldwijde netwerken die zich, mede dankzij de leden uit het Mondiale Zuiden, vaak kritischer uitlaten over de wereldwijde systemen. Als lid van deze netwerken dragen we indirect bij aan bijvoorbeeld klimaatrechtszaken waar de Wereldraad bij betrokken is. Zo zoeken we samen naar manieren om de orde van het grote geld te veranderen, door vanuit overtuiging druk uit te oefenen.
Welke heer prijst zo’n rentmeester?
Nadat de rentmeester zijn baas (‘heer’) benadeeld heeft ten gunste van de schuldenaars, geeft deze hem een compliment omdat hij slim gehandeld heeft. Dat is eigenlijk wel merkwaardig. Wat voor ‘heer’ doet zoiets?
Het brengt me tenslotte op de gedachte dat we niet te massief moeten denken over ‘het grote geld’. Ook binnen de wereld van het grote geld kunnen er bondgenoten zijn: mensen die open staan voor een rechtvaardiger omgaan met financiële macht. Het is goed om als kerkelijke organisaties op zoek te gaan naar zulke mensen. Zij bieden een ingang als je met bedrijven in gesprek wilt over gerechtigheid.
Hette Domburg is medewerker van Kerk in Actie
Foto (Hette Domburg): Op verschillende plaatsen ondersteunt Kerk in Actie de lokale bevolking die te lijden heeft onder de gevolgen van grote internationale investeringen, zoals rond deze theeplantage in Rwanda

