Samuel Lee: zoeker naar rechtvaardigheid tussen mensen 

Bespiegelingen bij twee interculturele ontmoetingen in de Bijbel

We zitten met elkaar aan tafel in het kantoor van Samuel Lee en we kijken samen naar twee Bijbelverhalen waarin ontmoetingen plaatsvinden tussen mensen met verschillende achtergronden, religies of etniciteiten: de ontmoeting van Jezus met de Samaritaanse vrouw (Johannes 4:1-42) en de ontmoeting van Abraham met de legerleider Abimelech (Genesis 21:22-34).  Waarom is iemand onderweg? Wat gebeurt er in die ontmoeting? Wat betekent dit voor ons vandaag? 

Wie is Samuel Lee? 

Samuel Lee is al decennia een bekende naam in kerkelijk Nederland, maar hij werd een “huismerk” toen hij in 2019 uitgeroepen werd tot theoloog des Vaderlands. Lee is een duizendpoot: hij is oprichter en pastor van de Jesus Christ Foundation Church, hij geeft leiding aan het Centre for Theology and Migration aan de Vrije Universiteit (waar hij ook promoveerde) en hij is oprichter en directeur van de Foundation Academy of Amsterdam. De Foundation Academy is een instituut voor christelijk hoger onderwijs waar mensen die om politieke, religieuze of economische redenen geen toegang kunnen krijgen tot universiteiten onderwijs kunnen genieten op het gebied van theologie, mensenrechten en global studies. Dit onderwijs wordt aangeboden vanuit de overtuiging dat iedereen recht heeft zich te ontwikkelen en dat dit mensenrechten, vrijheid, respect en tolerantie bevordert. Daarnaast schrijft en publiceert hij regelmatig. Voor de Nederlandse markt kwamen in 2020 de boeken De Bijbel in de Bijlmer. 1 Miljoen migrantenchristenen in Nederland (Nederlands Bijbelgenootschap) en Verlangen naar een nieuw Christendom (KokBoekencentrum) uit. 

“Maar,” zegt hij, als we het hebben over hoe hij geïntroduceerd zou willen worden, “het is heel moeilijk om mijzelf te omschrijven. Ik ben continu op zoek en onderweg, dus je verandert elke keer. Je hebt geloof, alle regels van het geloof, maar tussendoor ben ik altijd op zoek om mens te zijn. Mijn drijfveer is die zoektocht naar menselijkheid: bij mezelf en bij de ander. Naast menselijkheid ben ik op zoek naar gerechtigheid. Ik ben niet wat mijn titels of rollen zijn. Dat zijn beschrijvingen die je opgeplakt krijgt. Maar als je dat alles achterlaat, wat ben je dan als je naakte zelf?” 

De vrouw antwoordde: ‘Hoe kunt U, als Jood, mij om drinken vragen? Ik ben immers een Samaritaanse?’ (Joden gaan namelijk niet met Samaritanen om)     – Johannes 4:9

Doorbreken van muren

We beginnen met het lezen van Johannes 4, het verhaal over de ontmoeting van Jezus en de Samaritaanse vrouw, en we laten Lee aan het woord: Ik vind dit een van de mooiste ontmoetingen in de Bijbel. Het is de samenvatting van mijn geloof, zowel spiritueel als sociaal. Hier vind ik het maatschappelijke gedeelte van mijn geloof. Er is een scheiding tussen de Joden en Samaritanen, er is een theologisch dispuut: waar wordt God aanbeden en wie heeft gelijk? Tweeduizend jaar later hebben we nog steeds discussies over wie er gelijk heeft en wie erbij hoort of niet. Daarnaast spelen er een etnisch-culturele vooroordelen tussen de Joden en de Samaritanen. En Jezus gaat daar bij de waterput in gesprek en breekt daarmee door al die vooroordelen. Daarnaast heeft die vrouw ook maatschappelijk een problematische positie met haar vijf relaties. Ook daar breekt Jezus doorheen door haar om water te vragen. Dit is de essentie van mijn geloof. De ontmoeting en dialoog spelen een rol in het doorbreken van muren die mensen van elkaar scheiden. 

En het gaat hier om een vrouw. Ik ben een feminist en ik ben ervan overtuigd dat we al eeuwenlang een patriarchaal systeem hebben, waardoor vrouwen onderdrukt worden. En dan gaat Jezus, in dat systeem, juist met een vrouw die maatschappelijk geen aanzien had, een gesprek voeren. En dan gaan ze ook nog een theologisch gesprek voeren! Verbindend, bevrijdend en helend. 

Redding en veroordeling 

Een paar weken geleden toen ik de tekst weer eens las, ontdekte ik iets nieuws dat mij diep raakte. Want ik ontdekte dat in dit verhaal duidelijk wordt dat God zijn Zoon niet naar de wereld gezonden heeft om te oordelen, maar om de wereld te redden. Heel vaak denken wij dat het redden van iemand betekent dat je een paspoort naar de hemel krijgt. Dat je als je overlijdt 100% zekerheid hebt dat je in de hemel terecht komt. Dat is meestal hoe Evangelicalen en Pentecostalen over redding preken: Stel dat je vanavond doodgaat, waar ga je dan heen? Heb je een garantie? Maar toen ontdekte ik in het verhaal van de Samaritaanse vrouw dat Jezus niet is gekomen om de wereld te veroordelen, maar de wereld te redden. Dus redding en veroordeling zijn aan elkaar verbonden. Jezus is gekomen om ons te redden van religieuze oordelen en mensen die menen elkaar te moeten oordelen op basis van religieuze regels. En dat is precies wat hij deed met de Samaritaanse vrouw: zij was veroordeeld door de samenleving op basis van religieuze normen en vooroordelen. Maar zij deed dat zelf ook als ze vraagt wie er gelijk heeft over de plek waar de Heer aanbeden moet worden. De Samaritaanse vrouw werd daar bevrijd, maar niet om naar de hemel te gaan: zij werd bevrijd van sociale, religieuze veroordelingen. Dat is voor mij een groot deel van wat redding betekent.  

In de spiegel kijken 

Ik moet je eerlijk zeggen: we doen dit nog steeds, oordelen vellen. Het is niet meer Samaritaans en Jood, maar het is misschien Baptist en Pentecostaal, of Hervormd en Katholiek. Ik denk dat het christendom in ons werelddeel niet groeit omdat we al tweeduizend jaar met dit soort dingen bezig zijn. We zeggen tegen elkaar: ‘Jij bent geen goed christen omdat…” Ik heb deze openbaring ook met een LHBTQ+ gemeenschap gedeeld via een videoboodschap en veel mensen waren geraakt omdat zij zich door maatschappij, religie en kerk veroordeeld voelen. Dan komt zo’n boodschap echt aan die zegt: “Ik oordeel je niet, je bent geliefd”.  

Daarom is dit verhaal zo belangrijk en ook die openbaring die ik een paar weken geleden had. Dat redding aan oordeel gekoppeld is en dat Jezus ons kwam redden van religieus oordeel en oordeel überhaupt. Je ziet in de tekst dat iedereen oordeelt: de farizeeërs, de leerlingen, de Samaritaanse vrouw. Het maakt niet uit of ze een hoge opleiding hadden, of juist niet. Oordelend zijn zit in ieder mens, of je nou hoog opgeleid bent of niet, uit welke klasse in de samenleving je ook komt. Maar Jezus kwam om dat oordelen bespreekbaar te maken. Hij liet mensen in de spiegel kijken. Soms oordelen we onszelf ook. Daarom kan ik me jarenlang met zo’n tekst bezighouden. Elke keer krijg je een nieuwe openbaring, krijgt een tekst weer een andere betekenis. Dat vind ik fascinerend aan de Bijbel. Het is net een diamant, elke keer ontdek je een nieuwe zijde.  

Op een dag kwam Abimelech bij Abraham, samen met zijn legeraanvoerder Pichol. ‘God blijkt u terzijde te staan bij alles wat u onderneemt,’ zei hij. ‘Zweer mij daarom bij God, hier op deze plaats, dat u mij, mijn kinderen en kindskinderen nooit zult bedriegen, maar dat u mij en het land waar u als vreemdeling verblijft, evenveel loyaliteit zult tonen als u van mij hebt ondervonden.’      – Genesis 21:23

Een politiek verbond 

De tweede tekst waar we naar kijken is de ontmoeting van Abraham en Abimelech. Na lezing van de tekst is het eerste dat Lee opmerkt: “Midden-Oostenaars: altijd zweren.” En hij vervolgt: In dit verhaal vind ik de overeenkomst tussen de twee mannen zo mooi. Omdat Abimelech wéét dat Abraham groot zal worden door Gods belofte. Daarom wil Abimelech nu al een verbond hebben. Zou het niet mooi zijn als we dat vandaag ook nog zouden doen? Als verschillende groepen tegen elkaar zouden zeggen: Ik weet dat jij met veel mensen zult zijn over een tijd, maar je hebt gewoon een plek hier bij mij. We zijn één. Dat is heel politiek. Misschien voelde Abimelech zich onbewust bedreigd door de aanwezigheid van Abraham. Hij voorvoelde dat Gods belofte aan Abraham iets groots was en dat uit Abraham een groot volk zal komen. Hij maakte zich zorgen over de plek van zijn nageslacht. Zo zie ik dat. Ik denk dat Abimelech, die redelijk broad minded was, dacht: Ik moet een verbond sluiten met Abraham. Er is iets met deze man, er is iets met zijn volk. Ze gaan groot worden. Laat ons daarom een verbond sluiten. En ik denk dat dat verbond ook op politiek niveau heel mooi is. Dat je weet dat je als migrant misschien wel groot gaat worden in aantallen in het land waar je nu bent. Maar hoe ga ik daar nu mee om? Ga ik daar op een humane manier mee om, of ga ik alles plunderen? Dat hebben wij vroeger in andere landen gedaan. Zelfs als we een minderheid waren, dan verzonnen we zoiets als apartheid. Dat is een politiek verbond. Als we dit systeem kunnen gebruiken in onze politieke relaties, dan zou er meer vrede in de wereld zijn.  

Moeite om Nederlands te spreken 

Het is eigenlijk zo’n mooi verhaal: zowel voor de gastheer/gastvrouw als de gast. Dat zien we elders ook in de Bijbel. De Israëlieten vluchtten naar Egypte na een natuurramp, maar later werden ze groot, zodat ze een volk binnen een volk werden. Daarop volgde het verhaal van de slavernij van Israëlieten. Het is belangrijk dat zowel de ontvanger als de gast het verbond kent. Ik heb soms moeite met een kleine groep (ik benadruk kleine groep) mensen van buitenlandse afkomst die onverschillig blijven ten opzichte van Nederland en zeggen: “Nederland doet me niks. Ik stem ook niet, waarom moet dat?” Dan vraag ik: “Als Nederland jou niets doet, waarom heb je dan een Nederlands paspoort?” Dan zegt de ander: “Dan kan ik visumvrij overal heen reizen.” Dan zeg ik (en omdat ik zelf ook een migratieachtergrond heb, geeft mij dat meer mandaat om vragen te stellen): “Waarom houd je wel van het paspoort maar niet van het land?” Daar heb ik moeite mee. Je woont en leeft in Nederland en je kan en mag kritisch zijn op alles wat in Nederland gebeurt, dat is je recht omdat je een burger bent. Maar ik heb er problemen mee als voor jou dat paspoort alleen maar iets is dat deuren opent naar andere landen. En dat zeg ik ook. Dan zeggen mensen tegen me: “Je bent te wit geworden.” Dan zeg ik: “Nee, ik ben niet te wit. Je moet eerlijk zijn: je woont in Nederland, je wilt heel graag dat Nederlandse paspoort, maar doe je ooit wel eens moeite om Nederlands te begrijpen of te spreken? Doe je een beetje moeite om uit je bubbel te komen?” Dat soort gesprekken voer ik met mensen.  

Als je vervolgens een gesprek voert met Nederlandse mensen die fel tegen buitenlanders zijn, dan heb je een ander gesprek. “We hebben te veel migranten hier” zeggen ze bijvoorbeeld. Daar ga ik ook over in gesprek. Ik oordeel hen dan niet, want ik kan het wel begrijpen als iemand zo denkt, maar ik ga wel in gesprek. Dan vraag ik hoe het met het verleden zit en hoe dat voor vandaag gevolgen heeft. Meestal vinden ze dat niet leuk en willen ze het gesprek ondermijnen. Bijvoorbeeld iemand als Donald Trump of onze rechtse politieke leiders en hun aanhangers, die de grenzen willen dichttimmeren en muren willen bouwen. Ze vergeten echter heel snel wat een groep buitenlanders uit Europa de inheemse volkeren heeft aangedaan.  

Vrijheid en grenzen 

Het maakt ook wel echt uit welke generatie migrant mensen zijn. Ik ben zelf eerste generatie migrant. Ik ben op m’n veertiende hier gekomen, dus dat noemen ze vaak “anderhalve generatie”. Maar ik vergeet nooit dat mijn ouders altijd zeiden: “Weet dat je een gast bent. Dus gedraag je hier. We zijn hier uit een heel ander land gekomen, dus probeer goed te leven en geen gekke dingen te doen. Houd je aan de regels.” Ikzelf ben hier niet meer als een gast.  De tweede of derde generatie voelt zich voelt zich ook gewoon Nederlands. Maar dan blijft nog wel de vraag of de Nederlanders ze omgekeerd ook als echte Nederlanders beschouwen. Ik ervaar vooral in de laatste tijd dat het soms niet zo is. Ik denk dat dit soort Bijbelse verhalen zoals die van Abraham en Abimelech over een verbond en de grenzen van de overeenkomsten belangrijk zijn. Veel mensen denken dat vrijheid grenzeloosheid betekent, maar dat geloof ik helemaal niet. Vrijheid betekent ook grenzen, maar binnen die grenzen het beste doen voor elkaar. Dit verhaal is een voorbeeld van hoe je je tot elkaar verhoudt: de gasten die groot zijn geworden in aantal, macht of politieke invloed en de gastheren en gastvrouwen. Maar weet dat je een verbond hebt met elkaar van harmonie, van liefde. Als je dat niet hebt, dan is het moeilijk samen te leven.