Cultuur en zending

In het maartnummer van Lausanne Global Analysis schreef Paul Sungro Lee een bijdrage over hoe verschillende culturen verschillende gaven hebben die zij bijdragen aan de Missio Dei – en hoe deze vaak niet ingezet worden omdat er een idee bestaat beïnvloedt door westerse missiologische methoden over hoe men missie dient te bedrijven. Maar juist de eigenheid is een kracht en bevordert de communicatie van het evangelie in andere contexten met een gelijke cultuur. Lees hieronder de eerste paragrafen in het Nederlands van de tekst.

HET GEBRUIK VAN INHEEMSE CULTURELE KENMERKEN VOOR INTERCULTURELE ZENDING. MISSIOLOGISCHE TOEPASSINGEN

Toen David, de man naar Gods hart, op het punt stond het op te nemen tegen de reus, was Sauls strijduitrusting niet alleen onnatuurlijk maar ook inefficiënt voor David (1 Sam 17:38-40). Hoewel Sauls overweging grote waardering verdient, werkte het beter voor David om de gereedschappen te kiezen die hij dagelijks ter beschikking had op weg naar het slagveld. Deze illustratie duidt bewust op de ontoereikendheid van het “dragen van andermans tuniek, wapenrusting en helm” op het geestelijke slagveld van de wereldzending. Het suggereert de noodzaak om de eigen culturele ‘stenen’ van de zendeling te vinden en te gebruiken die vertrouwd zijn met zijn achtergrond.

We moeten ons er scherp bewust van zijn wat God aan het doen is in het huidige panorama van de wereldzending. Vandaag de dag zijn er steeds meer zendelingen uit de “majority world”[i], en het is niet moeilijk om een Nigeriaan, Keniaan of Ghanees uit Afrika, een Koreaan uit Azië of een Braziliaan uit Zuid-Amerika tegen te komen in de pool van missiologische instanties. Sommige van hun missiestrategieën zijn echter slechts gekopieerd en overgoten vanuit de vroegere westerse methodologie, in plaats van vergemakkelijkt en gecontextualiseerd te worden met hun eigen, inheemse culturele kenmerken. In de huidige trend van de zendingsgeschiedenis vinden kandidaten voor zending die hun zendingsbasis hebben in de Meerderheidswereld, het makkelijker om diepgaand contact te leggen met mensen met een vergelijkbare achtergrond in andere landen van de Meerderheidswereld waar zij naar toe worden gezonden om te prediken.[ii]

Elke cultuur bezit een waardevol erfgoed dat kan bijdragen aan de zaak van de Grote Opdracht. De westerse kerk bezit een onvergelijkbare ervaring en een rijke hoeveelheid zendingserfenis, en zij heeft terecht veel te bieden aan het wereldwijde lichaam van Christus. In vorige generaties was de westerse zendingsstrategie vooral gericht op het bereiken van een ‘onderontwikkelde’ meerderheidswereld.[iii] Historische voorgangers in de moderne zendingsbeweging hebben zich ijverig gewijd aan het opzetten van zendingscentra in hun moeizame arbeid en rusteloze verkenningen, zelfs in afgelegen jungles en dorpen. De zaden die zij hebben gezaaid werden over de wereld verspreid, en wij horen nu van opkomende zendingsbewegingen in Azië, Zuid-Amerika en Afrika, ontkiemd uit hun opofferende inspanningen.[iv]

Met de moderne zendingsbeweging (die begon met William Carey) in onze achteruitkijkspiegels, vraagt de volgende generatie zendingstaken om een diversere en aanpak gericht op het microniveau – er moet meer aandacht worden gegeven aan het bereiken van kleinere stammen en groepen die onderbereikt blijven in plaats van aan de massa’s waar het evangelie al gemakkelijk toegankelijk is. Verschillende generaties vragen om verschillende opdrachten in de grote Missio Dei. Paulus zei: “Ik heb het zaad geplant, Apollo heeft het bewaterd, maar God heeft het gemaakt. God heeft op verschillende momenten in de geschiedenis verschillende etniciteiten voor zending opgewekt met een specifiek doel – God heeft hen en hun etnische achtergrond uitgekozen om de naties te zegenen (Gen. 12:2-3).

Lees hier verder om te weten te komen welke gaven Aziaten, Afrikanen en Latijns-Amerikanen bijdragen en de implicaties daarvan voor de zendingsbeweging.


[i] Rose Dowsett, Cape Town Commitment: A Confession of Faith and a Call to Action (Peabody, MA: Hendrickson, 2012), 2.

[ii] Paul Sungro Lee, Disciples of the Nations: Multiplying Disciples and Churches in Global Contexts (Eugene, OR: Wipf and Stock, 2021), 79.

[iii] Voor verder studie met betrekking tot het begin van de modern zendingsbeweging, zie

William Carey, Enquiry into the Obligations of Christians to Use Means for the Conversion of the Heathens(London, 1792), geciteerd in Catherine Hall, ‘Missionary Stories: Gender and Ethnicity in England in the 1830s and 1840s,’ Cultural Studies, eds. Lawrence Grossberg, Cary Nelson, and Paula Treichler (New York: Routledge, 1992), 247.

[iv] Hwa Yung, ‘The Shift of the Center of Gravity of the Church from the West to the Majority World,’ Transformation 39, no. 2 (2022): 77.