Al jaren promoot de Wereldraad van Kerken de campagne #ThursdaysinBlack, die zich richt op bewustwording van geweld tegen vrouwen en meisjes wereldwijd en de kerken aanspoort zich in te zetten tegen een einde aan dit geweld.
Op de website van de Wereldraad van Kerken is nu een uitgebreide bijbelstudie (in het Engels) verschenen die kan helpen om het gesprek over dit thema aan te gaan. Rev. Dr Karen Georgia A. Thompson en Rev. Nicqi Ashwood schreven “De stilte in Davids huis uitgebannen”, dat gaat in op 2 Samuel 11-13 en Psalm 51. De bijbelstudie opent met een reflectie op de context van de teksten en biedt dat een interpretatie in onze tijd. Aan het einde worden vragen en activiteiten gesuggereerd waarmee groepen aan de slag kunnen om dit moeilijke onderwerp aan de orde te brengen in de kerk.
De hele bijbelstudie is hier te lezen. Hieronder bieden we een vertaling van de inleiding.
De tekst in context
Koning David
Er heerst stilte in Davids huis. Een stilte die blootgelegd en ondervraagd moet worden. Een stilte die giftige mannelijkheid afschermt en vrouwen in schaamte en schuld hult terwijl verkrachting en geweld tegen hun lichaam en hun kinderen worden gepleegd. Een stilte die huizen onveilig maakt en mannen met macht, privileges en rijkdom vrijspreekt. David en zijn zonen zijn medeplichtig aan het geweld en de stilte die vrouwen ervaren in het huishouden van deze koning van Israël, die meestal “een grote koning”, “een goede koning” en “een man van God” wordt genoemd.
David is een archetype. Macht, privileges en rijkdom hebben ervoor gezorgd dat de verhalen over zijn leven op een bepaalde manier zijn overgeleverd. Wij kennen hem als een diep spirituele man van God, iemand die tot God riep in klaagzang over het onrecht dat hij had gedaan (Psalm 51). Onder de helden van de Bijbelse verhalen wordt David over het algemeen voorgesteld als iemand die zeker navolging verdient. Hij wordt beschreven en vereerd als een groot koning, een groot strijder, een man van geloof wiens leven werd bepaald door zijn zalving tot koning, en door zijn legendarische strijd als kind tegen de reus Goliath (1 Samuël 17).
Hij bracht de ark van het verbond terug naar Jeruzalem (2 Samuël 6), een daad die de aanbidding en de aanwezigheid van God centraliseerde in het leven van het volk waarover hij regeerde. Er is een voorkeur voor dit beeld van David boven het beeld dat naar voren komt uit zijn huis en zijn interacties met de mensen die het dichtst bij hem staan – zijn familie en zijn naaste buren. Die verhalen schetsen een beeld dat scherp contrasteert met het beeld van David, dat in de kerk populair is en vanaf de kansel wordt gepredikt.
We krijgen een andere impressie van David buiten de slagvelden, waar hij succesvol was in de strijd tegen zijn vijanden. Men ontmoet een koning die “de koninklijke macht misbruikt om zijn eigen persoonlijke verlangens te bevredigen.” Zijn relatie met Bathseba, de vrouw van zijn buurman, is de moeite van het nader bekijken waard (1 Samuël 11). Hij begeerde de vrouw van zijn buurman. Een buurman wiens huis zo dicht bij het zijne stond dat hij Bathseba zag baden vanaf het dak van zijn huis. Een buurman die tot zijn meest vertrouwde krijgers behoorde en weg was in de oorlog. David doet zijn buurman en vriend onrecht aan, maar wat er uiteindelijk gebeurt is dat “David een mooie vrouw ziet baden en het koninklijk voorrecht uitoefent om haar te ‘nemen’.” David liet Bathseba komen “en hij lag met haar” met als gevolg dat zij zwanger raakt (2 Samuël 11:1-5). Nadat hij met haar had gelegen, liet David haar vallen – zij werd teruggestuurd naar haar huis om haar man Uria op te wachten.
Foto: Marcelo Schneider/WCC