Vijf vragen aan: Ester Metselaar, NZR- medewerker communicatie en secretariaat

1. Even voorstellen: Wie ben je en wat heb je met zending?

Mijn naam is Ester Metselaar en zending hangt voor mij samen met je geroepen weten. Eén keer in mijn leven heb ik heel zeker geweten dat God mij iets vertelde, toezegde zelfs en dat was een heel bijzondere ervaring. Maar meestal is het een innerlijke aandrang met daarbij een zoeken.

Bij die innerlijke aandrang gaat het niet om iets wat je voor jezelf wilt bereiken, maar om iets dat anderen ten goede komt. Een woord dat ik daarbij vind passen is het woord ’toegenegenheid’.

Mijn ervaring met zending is niet de wereldzending, maar ligt veel meer op het gebied van straatwerk met kinderen. Op verschillende momenten in mijn leven en op verschillende plekken heb ik me daarvoor als vrijwilliger ingezet.

2. Waar liggen voor jou de uitdagingen voor jouw werk/jouw organisatie in de komende tijd?

Tijdens een groot verlies in ons gezin heb ik God als nabij ervaren en na verloop van tijd groeide het verlangen om meer te gaan doen met het jeugdwerk zoals ik dat in onze kerk deed. Zo ben ik in 2017 jeugdwerker geworden en dat doe ik nog steeds.

Toch is dat ook een functie waarbij je veel alleen werkt en ik miste het samenwerken met collega’s. Toen ben ik gaan rondkijken naar kantoorfuncties in mijn oude vakgebieden: secretariaat en communicatie. Tegelijk vond ik dat wel jammer van mijn net behaalde diploma HBO Theologie (Ad). De vacature medewerker communicatie en secretariaat bij de Nederlandse Zendingsraad kwam precies op het juiste moment. Sinds februari werk ik met veel plezier in een fijn team en ik geniet ervan om de NZR secretarieel en op communicatiegebied te ondersteunen.

3. Hoe zie jij de verhouding tussen zending binnen Nederland en zending vanuit Nederland en zending van overal naar overal?

Daar heb ik geen sterke mening over. Voor mij begint het namelijk bij God die iemand roept of bij iemand een verlangen in zijn of haar hart heeft gelegd. Waar God toe roept is aan Hem.

Afgelopen zondag hoorde ik een preek die daar heel mooi woorden aan gaf. De dominee sprak over het gaan van Abram. ‘Ga naar het land wat Ik je zal laten zien. Al doende zal Ik je laten zien waar Ik je hebben wil.’ Dit gaan en zien wat God voor ogen heeft deed me denken aan de OODA loop.

Anders dan de meer bekende PDCA cyclus (plan, do, check, act) begint de OODA loop (observe, orient, decide, act) met in de situatie zijn en kijken. Als ik als jeugdwerker in een gemeente kom (ik doe vooral korte contracten) volg ik altijd de OODA loop door eerst te observeren wie er al bezig zijn, wat er al is en hoe er gewerkt wordt. Ik vermoed dat de OODA loop ook voor de zending binnen en buiten Nederland best een interessant model kan zijn.

4. Waar gaan jouw ogen van glimmen?

Van kastanjes die net uit de huls komen, van de Keukenhof in bloei, van de Maas ter hoogte van Rotterdam, van de Pannenkoekenboot, van boswandelingen met paaltjes en halverwege koffie, van de vlinderstruik in mijn achtertuin en nog veel meer!

5. Wat verwacht je van het netwerk van de Nederlandse Zendingsraad? Hoe kunnen we elkaar als kerken en zendingsorganisaties versterken in de missionaire opdracht?

Wat me vooral aansprak bij de Nederlandse Zendingsraad is de drieslag signaleren, reflecteren en communiceren. Tijdens het afgelopen rondetafelgesprek zag en hoorde ik hoe de NZR en aangesloten kerken en organisaties dit in praktijk brengen. Ik vind het vooral heel positief dat er een plek is waar deze gesprekken plaatsvinden.

Foto: Caroline van der Sterre