Gij zult niet doemdenken
De dorpsdominee zal geen doem denken over het dorp. Hij zal niet somberen over de leegloop van het dorp, het verdampen van de middenstand in de dorpen, het verdwijnen van de jeugd uit de dorpen en het verwateren van de dorpsgemeenschap. Actuele rapporten van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) laten een positief beeld zien. De in- en uittocht op het platteland houden elkaar al sinds 1995 in evenwicht. Pas vanaf 2035 verwachten sociologen een lichte krimp van de bevolking, in de dorpen iets meer dan in de steden, maar daar valt best mee om te gaan. De vergrijzing van onze bevolking in het algemeen is ook minder ingrijpend dan veelal gedacht wordt. Rondom 2025 verwacht het SCP dat de vergrijzing het hoogtepunt heeft bereikt en vanaf 2040 verwacht het juist weer afname van de vergrijzing . Nog even volhouden dus!
De dorpsdominee zal niet doemdenken over de kerk. Recente sociologische rapporten laten zien dat de teruggang in het kerkelijk leven niet ‘linea recta’ naar kerkelijke ondergang voert. Ontkerkelijking is geen rechte lijn, maar een curve naar een langzaam stabiel niveau. Het CBS en SCP verwachten dat de komende tijd ongeveer een derde deel van de bevolking lid zal blijven van een kerkgenootschap en dat iets meer dan een tiende van de Nederlandse bevolking geregeld naar de kerk zal blijven gaan. Dit houdt gelijke tred met de kerkelijkheid van de jeugd en de jongeren nu. Het SCP verwacht dat die betrokkenheid in de dorpen iets hoger zal zijn dan gemiddeld in het land.
Gij zult voorganger zijn
De dorpsdominee zal uitademen dat hij in het dorp gelooft. Hij zal niet betreuren dat de kerk in het dorp een minderheid is geworden. Met geheven hoofd zal hij zijn gemeenteleden voorgaan in de instandhouding van de kerk in zijn dorp. In het brandend houden van de Godslamp, het voorgaan in de liturgie en bedienen van de rituelen, voor ieder die dat wenst, geregeld of zo nu en dan. En in het dienen van de kwetsbaren in het dorp, die zijn dorpelingen als geen ander weten te vinden, omdat ‘achter de voordeur’ voor het dorp geen geheim is. De dorpsdominee zal niet schromen in dat alles een leidende rol op zich te nemen. Hij onderschatte zijn rol niet.
Gij zult voorbijganger zijn
De dorpsdominee zal niet denken dat hij onmisbaar is. Of dat zijn stempel op het dorp voor de eeuwigheid is. De dorpelingen zullen hem waarderen, vertrouwen en hopen dat hij als een goed vakman loyaal en royaal zijn werk zal doen. Daar leggen ze ook een voor een dorp aanzienlijk bedrag voor neer. Maar ieder in de dorpsgemeente weet: straks is hij weer weg en wij zullen blijven. Hij zal hen bemoedigen, inspireren, adviseren, voorgaan in de weg die zij kunnen gaan. Maar welke weg zij uiteindelijk zullen gaan, is aan henzelf. Het is hun kerk, hun feestje, zij mogen de slingers ophangen. En dat is maar goed ook. Zij kennen het dorp door en door, vaak zelfs van kind af aan. Zij weten wat goed is voor het dorp, wat haalbaar is en toekomst biedt. De dorpsdominee overschatte zijn rol niet.
Gij zult dominee zijn
De dorpsdominee kan zichzelf verliezen in talloze overleg- en samenwerkingsstructuren, bovenplaatselijke verbanden en specialistische studie die meer betekenis voor hemzelf dan voor zijn dorpsgemeente hebben. Daar zit zijn dorp niet op te wachten. Zij moeten hun eindjes aan elkaar knopen, hebben hem voor een deeltijdpercentage beroepen en delen hem veelal met één of meer andere dorpen. Hun tijd en die van de dominee is kostbaar. De dorpsdominee zal dus om te beginnen zijn drie kerntaken uitvoeren: kerkdiensten, huisbezoek en catechese. Daar heeft hij zijn handen vol aan. Allereerst aan een verantwoorde liturgie, een gedegen preek en een gebed dat verwoordt wat leeft in de harten van de dorpelingen. Vervolgens aan het bezoeken van gelovigen en ongelovigen, liefst in hun eigen huis. Daarmee bindt hij de harten van de dorpelingen en zijn eigen hart. En ten slotte zal hij zijn handen vol hebben aan de kennisoverdracht aan jonge en oudere gemeenteleden. Opdat Gods dorp niet verloren ga omdat het geen kennis heeft.
Gij zult koopman zijn
De dorpsdominee is ook een beetje ondernemer. Hij is zichtbaar in het dorp, laat zich kennen in woord, beeld en persoon. Als het even kan zal hij een BD’er worden. Een Bekende Dorpeling. Want hij weet: bekend maakt bemind. En voor dorpelingen die vertrouwd zijn met zijn persoon, zal de drempel van het kerkelijk leven lager zijn dan voor wie hij een vreemde blijft. De dorpsdominee legt zich binnen zijn kerntaken toe op aansprekende projecten, contacten met scholen en andere organisaties in het dorp. Hij geeft jong en oud een rol in de kerkdiensten en verheugt zich in de aanwezigheid van allen die vanwege de rol van hun oogappel komen meeleven in de dienst. Een dorpsdominee realiseert zich dat hij met één toegewijde rouwdienst veel bekendheid en goodwill verwerft binnen de gehele dorpsgemeenschap. De dorpsdominee zal communicatief en representatief zijn. Hij groet de mensen in het dorp, zijn vriendelijkheid is ieder bekend.
Leg u toe op de gastvrijheid
Van de dorpsdominee wordt allereerst verwacht dat deze oog heeft voor de persoon, beschikbaar wanneer dat nodig is, laagdrempelig en toegankelijk. Hij trekt zich een onderzoek aan naar de eigenschappen die in een predikant het meest gewaardeerd worden.
Met stip bovenaan staat dat een dominee allereerst attent dient te zijn. De dominee dient zuinig te zijn op ieder van de kerkgangers en goed voor hen te zorgen in goede of kwade dagen. De dominee leeft mee in het persoonlijk leven. In een dorp geldt: ‘ons ben zúnig op iedere kerkganger’.
Op iedere niet-kerkganger ook overigens. De gemeenschap van een kerkelijke dorpsgemeente staat niet op zichzelf, maar maakt deel uit van de hele dorpsgemeenschap. De dorpsdominee is per definitie dus niet eenkennig. Hij is goed ook voor wie niet tot de eigen gezindte – ‘het eigen gezin’ – behoren. Een dorpsdominee spiegelt zich aan de barmhartige Samaritaan: komt er iemand op zijn weg die niet tot de eigen ‘soort’ behoort, dan doet hij wat de hand vindt om te doen. In zijn dorpskerk is iedere dorpsgenoot uitgenodigd om het dagelijks, wekelijks of maandelijks geloof te vieren. Ook voor hen die het ‘geloof op wielen’ beleven – zij die enkel naar de kerk komen met de kinderwagen, de trouwauto en de lijkwagen – is hij een goed gastheer. Zo straalt hij de overtuiging en de openheid uit dat hij voor ieder in het dorp beschikbaar is om de kruispunten van het leven in de kerk met God te beleven.
Gij zult klein denken van uw dorp
De dorpsdominee zal zo kleinschalig mogelijk denken en doen. Hij weet dat de bestaansvoorwaarde voor de dorpskerk is dat deze haar wortels heeft en houdt in het eigen dorp. Dat een dorpskerk is ingebed in het eigen dorp en een deel is van het systeem, van de gemeenschap van het dorp zelf. Dat de dorpskerk een steunpilaar is voor het dorp en het dorp een steunbeer voor de dorpskerk. Daarom zal de dorpsdominee zich ervoor inzetten dat zijn dorpsgemeente zo lang mogelijk zelfstandig blijft. Zo lang mogelijk een eigen, zelfstandige kerkenraad houdt en zo veel mogelijk eigen zelfstandige kerkdiensten in ieder dorp viert. Wanneer de dorpsdominee knecht is van meerdere meesters, zal hij van harte bereid zijn in meerdere kerkenraden zitting te nemen, en meerdere malen achter elkaar op de zondagen voor te gaan in de verschillende dorpen. Hij zal niet voor eigen gerief de gemeenten vragen zoveel mogelijk samen te doen. Hij zal zijn dorpelingen nooit ‘dorpisme’ verwijten wanneer zij het eigen dorp liefhebben als het eigen gezin en de eigen familie. Ook zal de dorpsdominee beseffen dat geen dorpsgemeente zonder samenwerking met buurgemeenten kan. Maar de gouden regel is wat hem betreft altijd: ‘Eigen blijven waar het kan en samen doen waar het moet.’ En niet andersom. De dorpsdominee gelooft niet in grote regionale kerkelijke verbanden op het platteland. Hij weet: bovenplaatselijke kerkelijke verbanden doen de kerkelijke gemeentes in de dorpen verdampen en met schaalvergroting jaag je God en zijn gelovigen Jorwerd uit.
Gij zult licht denken van uw dorpsgemeente
De dorpsdominee zal niet enkel langs ambtelijke lijnen denken. Hij organiseert zijn gemeente niet zozeer vanuit een zware, voor alles verantwoordelijke kerkenraad. Hij is dus ook niet het ganse jaar druk met het vullen van zijn kerkenraad en het vervullen van de vacatures.
Zoals het SCP pleit voor ‘minder verplichtende en creatieve vormen van vrijwilligerswerk’ zoekt hij vrijwilligers voor werkzaamheden op deelgebieden, die een begin en ook een duidelijk einde hebben. Dit in plaats van een volledig opgetuigde kerkenraad met vele ambtsdragers die voor talloze jaren een verplichting aangaan om alle voorkomende werkzaamheden te verrichten die bij een kerkenraadslidmaatschap behoren. Zijn ambtelijke kerkenraad zelf kan dan kleiner worden. Minimaal een voorzitter, een scriba en een beheerder/kerkrentmeester die, geadviseerd door een dominee, samen de verantwoordelijkheid dragen voor de gemeente als kerkelijk rechtspersoon. Zij zijn formeel ‘eigenaar’ van het kerkgebouw en verantwoordelijk voor het onderhouden van de predikantsplaats. Voor de overige kerkelijke taken zoekt men vrijwilligers, die zich organiseren in ‘informele groepen’.
Gij zult informeel denken van uw kerk
De dorpsdominee organiseert langs de lijnen van de informele groepen. Een informele groep is een groepje mensen met een beperkt doel, zonder statuten en andere formele verbanden. Sociologen stellen dat deze groepen meer en meer het sociale bindweefsel van de gemeenschap worden. Informele groepen rijzen als paddenstoelen uit de grond, ook binnen de kerken. Bijbelleesgroepen die zichzelf redden, incidenteel een dominee erbij vragen. Een doe-het-zelf zanggroep die aanbiedt kerkdiensten te ondersteunen. Gemeentegroeigroepen die spontaan ontstaan en van onderen uit een bijdrage leveren aan de gemeenteopbouw. De dorpsdominee neemt dit als organisatieprincipe: hij stimuleert per onderdeel van het gemeenteleven de vorming van een informele groep. Deze trachten vervolgens voor het grootste deel zichzelf te redden. Waar nodig schept de in omvang beperkte kerkenraad de voorwaarden, organiseert overleg tussen alle verschillende groepen. De dorpsdominee is beschikbaar voor advies en hulp. Zo werkt de dorpsdominee niet langer vanuit een zware formele structuur van kerkelijke raden, commissies en werkgroepen. Hij bouwt een netwerk van zelfstandige, actieve, zelfwerkzame en flexibele groepen in het dorp.
Bewaar de vreugde
De dorpsdominee huilt niet mee met de wolven in het bos die blijven hangen in het verdriet over de krimp van de kerk. Hij ziet nooit naar lege banken. Hij is blij met iedere kerkganger die hij begroet. Met iedere mens die hij van hart tot hart ontmoet.
Met ieder lied dat klinkt. Ieder gebed dat doorleefd wordt opgezonden. Met ieder bijbelverhaal dat aandachtig gehoord wordt. Met iedere schoonheid die beleefd wordt en iedere troost die wordt ervaren. Hij zal zich niet tobbend verliezen in vragen en problemen, maar met plezier zoeken naar oplossingen en antwoorden. De dorpsdominee bewaart de vreugde.
En mocht de dorpsdominee soms even gebukt gaan onder de last van het schaap met tien poten dat hij moet zijn, dan bedenkt hij met vreugde dat het dorp zoals van ieder ook zijn sterke en zwakke plekken feilloos kent. En aanvaardt. Want als de dorpsdominee ergens gewoon zichzelf mag zijn en blijven, dan is dat in zijn dorp.
Het verslag ‘Leve de dorpskerk’ is integraal te vinden op www.molkwerum.nl/Studieverslag.pdf
― Wim Beekman is protestants dominee in Warns en Molkwerum, twee dorpen in de zuidwesthoek van Friesland.