Luther en missie: ‘de weg kwijt’ versus ‘alle gelovigen zijn zendeling’

Zinnig schrijven over Maarten Luther en zijn visie op zending1 is een tocht in een omgeving van schurende controverses. Tot lang na de Reformatie heerste de opvatting dat de kerkhervormers, Luther incluis, volledig in gebreke waren gebleven op het gebied van de missionaire actie en zelfs ook ten aanzien van de missionaire opdracht van de kerk. Gustav Warneck, de vader van missiologie als een theologische discipline2, schrijft in 1906 dat dit zo is omdat ‘fundamentele theologische inzichten hen hinderden om hun daden, maar zelfs ook hun denken, een missionaire richting te geven’. Totdat Lutheronderzoekers des hervormers schrijven nog eens nader gingen bestuderen.

In het Duitse Evangelische Kirchenlexikon (1962) wordt in bijna triomfantelijke woorden beschreven hoe de inzichten inzake Luther en zending aan het kantelen zijn. Luther vond immers dat het evangelie voor de hele wereld is en alle volkeren moet bereiken. Het is een plicht voor iedere christen om missionair te zijn, ‘zowel overzees als in Duitsland, zo vaak hij met heidenen of Turken in aanraking komt’, dominee of niet. Met ‘Turken’ bedoelde Luther destijds natuurlijk niet de inwoners van het huidige Turkije, maar de moslims, de inwoners van het Ottomaanse of Osmaanse Rijk (1299-1922). 

Plicht voor iedere christen om missionair te zijn

Niet onbetuigd

Bij Luthers noorderburen had men Luther van het begin af aan al anders begrepen. De eerste wettelijke Zweedse koning Gustaaf Wasa gebruikte de aansporing tot missie al vanaf 1559 toen hij de aanzet gaf tot het zendingswerk onder de (heidense) Lapse bevolking in het noorden. 

De Nederlanders waaierden uit via de Verenigde Oost-Indische Compagnie (1602), verlost van het juk van de Spanjaarden, en lieten zich in de Oost niet onbetuigd. In het kielzog natuurlijk ook Nederlandse lutheranen die bijvoorbeeld in het Zuid-Afrikaanse Kaapstad al vanaf 1743 onderhandelden om ook een andere christelijke traditie dan de gereformeerde uit te mogen dragen. 

Het Nederlands Luthers Genootschap voor de Evangelisch Lutherse Zending, opgericht in 1852, had daarentegen een andere ontstaansreden: tegen vrijzinnigheid, vóór het behoud van de orthodoxe lutherse leer. Het ging er de initiatiefnemer, dominee Lentz, in eerste instantie om de lutherse theologie te verspreiden door leeskringen. Lentz was geïnspireerd door de Duitse missie-activiteiten die in de achttiende eeuw gestalte begonnen te krijgen en die uitmondden in de oprichting van missie-genootschappen (Basler Mission 1815, Rheinische (1828) en Nord-Deutsche Mission (1836), allen op interconfessionele leest geschoeid; en de meer lutherse: Leipziger Mission (1836) en Berliner Mission (1824)). In Duitsland bekleedde Gustav Warneck in 1896 voor het eerst een leerstoel voor missiologie. Laatstgenoemde wordt overigens later door missiologen en theologen weggezet als de man die Luther niet begreep, laat staan zijn visie op missie. 

Zowel de ‘buitenlandse’ als de ‘binnenlandse’ missie 

Verschillende initiatieven leidden uiteindelijk in 1872 tot de oprichting van wat nu nog steeds het Nederlands Luthers Genootschap voor In- en Uitwendige Zending (NLG) heet. Bedoeld om in brede zin zending onder de heidenen te gaan uitoefenen, maar ook om de eigen predikanten toe te rusten. Het Genootschap is daarmee een van de oudste zendingsgenootschappen, dat wonderlijk genoeg zowel de ‘buitenlandse’ missie als de ‘binnenlandse’ missie tot doel had. Dat laatste is momenteel een urgent onderwerp van gesprek in veel Europees-lutherse missieorganisaties en kerken op basis van de veranderde positie van kerk in de samenleving. 

Lutherse Wereldfederatie en de missie

De behoefte van lutheranen wereldwijd om elkaar te ontmoeten mondde uit in het eerste Luthers Wereldconvent in 1923 in Eisenach. Afgesproken werd onder meer om vast te houden aan de Bijbel en de Lutherse belijdenisgeschriften met een oproep het christelijk onderwijs te blijven verdedigen. Parallel aan de ontwikkeling in de Nederlandse Hervormde Kerk werd in 1943 de Lutherse Zendingsraad opgericht, die zich inzette om zending een meer centrale plek binnen de kerk te geven. En daarmee viel zending onder verantwoordelijkheid van de synode. Er werd wel samengewerkt met het Luthers Genootschap. 

Tijdens de oprichtingsbijeenkomst van de Lutherse Wereldfederatie (LWF) in 1947 in het Zweedse Lund stonden drie thema’s centraal: theologische kwesties, de sociale en internationale problemen in de wereld en de zendingstaak van de kerk. Vanaf dat moment zijn de 66 lutherse kerken uit 26 landen gezamenlijk gaan nadenken over zending. Nu zijn dat 145 lidkerken in 98 landen die gezamenlijk meer dan 78 miljoen leden representeren.

De grote conferentie van Afrikaanse lutherse kerken in Marangu (het huidige Tanzania, 1955) gaf de eerste belangrijke denkrichting over missie: zo snel mogelijk komen tot gelijkwaardige verhoudingen tussen Noord (kolonisatoren) en Zuid (gekoloniseerden), onderwijs en ontwikkelingsleiderschap kregen prioriteit. Maar het allerbelangrijkste werd de roep om niet te discrimineren. Het zou de verspreiding van het christendom ten goede komen als missionarissen in hun relatie met Afrikanen een beter voorbeeld zouden geven in het bestrijden van discriminatie. De contouren van rassendiscriminatie in Zuid-Afrika waren al zeer zichtbaar in de jaren vijftig van de vorige eeuw. 

Daarnaast werd een dringende oproep gedaan om meer Afrikanen in de officiële organisatie van de kerk in Afrika te betrekken. Met een verzoek aan zowel zendelingen als Afrikanen om respectvol en geduldig met elkaar om te gaan. Van begin af aan werd ook communicatie betrokken in de visie op missie. 

In het kielzog van ‘Marangu’ vonden soortgelijke bijeenkomsten plaats van Europese lutherse minderheidskerken in 1956 in Semmering (Oostenrijk) en van Aziatische lutherse kerken in Madras.

Luther en missie

Terug naar de basis, Maarten Luther. Misschien ging zijn denken over missie in de schijnbare eenvoud in eerste instantie aan mensen voorbij. Nadenken over Luther vraagt, zoals altijd bij het verleden, om het inbeelden van de context. Luther heeft nooit een eigen traditie willen beginnen, hij wilde de Rooms-Katholieke Kerk van binnenuit hervormen; een kerk die tot dan toe het Latijn bezigde. 

Volgens Luther moet ieder individu, ook als hulpeloze zondaar in de ogen van God, het Woord van God horen als wet en evangelie. De kerk vindt haar missie in de ‘Missio Dei’, Gods missie om de verlorenen te redden; zending is bij uitstek het werk van de Drie-enige God. Het is zeer aannemelijk dat Luther juist niet rept over missionarissen als aparte groep. Alle gelovigen zijn beschikbaar voor God om het woord van verlossing uit te dragen, iedereen. 

De kerkhervormer realiseerde zich dat het werk van de Heilige Geest nooit af zou zijn in dit leven, zoals ook de missie van het evangelie nooit de bekering van iedereen zal bewerkstelligen. In plaats daarvan wordt van christenen gevraagd om, altijd vernieuwd door geloof, hoop en liefde, geduldig het kruis van lijden te dragen. Zonder de hoop te verliezen op de overwinning van God op de krachten van de duivel, moeten christenen zich realiseren dat ze altijd een minderheid zullen zijn. 

Ieder individu moet het Woord van God horen

Als een van de weinige lutherse theologen en missiologen in de afgelopen vijfhonderd jaar, gaf Eugene Bunkowske (1989, ‘Luther the missionary’, ‘Luther and the Growth of the Church’) een aanzet tot het ontwikkelen van een systematische methodologie. Hij abstraheerde acht punten als het gaat over Luthers bijdrage aan missiologie: 

– spontaniteit: we horen en zenden 

– gebaseerd op de Bijbel: sola scriptura, theocentrisch 

– gebed als prioriteit 

– sacramenteel (de missionaire kerk is een sacramentele kerk) 

– mens-georiënteerd 

– student-gecentreerd: denk aan de duizenden studenten die naar Wittenberg kwamen voor Luthers onderwijs) 

– onderrichtend: Luther zelf was een leraar en gebruikte alle mogelijke media om te doceren) 

– contextueel bepaald: Luther was niet echt bereisd, maar hielp zijn studenten om het Woord naar hun eigen land te brengen; hij had dat zelf ook al gedaan door de Bijbel in het Duits te vertalen.

Wereld-missie in ontwikkeling

Sinds de eerder genoemde conferenties van de Lutherse Wereldfederatie, heeft het denken zich bewogen van nog steeds zending met de hoop op bekering tot een contextuele visie op zending. 

In 2004 verscheen het nog steeds geldende document ‘Mission in context’. Daarin wordt holistische missie verder uitgewerkt. Er wordt onderscheid gemaakt tussen missie, het zijn van de kerk, en missionair, de actie van de kerk. Missie is op basis van ervaring, allesomvattend en de opdracht van ieder, waarbij niet de bekering voorop staat, maar het uitdragen van en leven volgens het evangelie. 

De Drie-eenheid is een gemeenschap in missie

De Drie-eenheid is een gemeenschap in missie. Het is een gemeenschap van ‘goddelijk zenden’. De Drie-eenheid versterkt die Ene die is gezonden, én begeleidt hem om transformatie, verzoening en kracht in de wereld te brengen. Gods missie als verlosser is ontsloten in de weg van de Zoon, namelijk incarnatie, het kruis en de opstanding. De incarnatie, de menswording van God in Jezus, geeft een model voor holistische missie. Door het zenden van zijn Zoon komt God in het alomvattende, holistische, geheel van de menselijke existentie. En weer komt Luther door: iedereen neemt deel aan missie. Allen maken deel uit van de gemeenschap van de ‘gezondenen’. 

De LWF en haar lidkerken denken ook heel praktisch. De betekenis van ontwikkeling, groei, is in de afgelopen jaren drastisch veranderd. Vanuit een nadruk op economie en rijkdom ligt de vernieuwde focus op de emancipatie van het individu en de transformatie en bevrijding van de maatschappij, waarbij het sociale, culturele en spirituele welzijn van de mens wordt omarmd. Ontwikkeling, en daarmee ook ontwikkelingshulp, als wezenlijk onderdeel van transformatie en empowerment is een integraal deel van de missie van de kerk. 

Tijdens de 12e Assemblee, het hoogste beleidsbepalende orgaan van de LWF, in mei 2017 is een voorstel aangenomen waarin voor de komende jaren om verdere visieontwikkeling wordt gevraagd op het concept holistische missie, missie in de context. De kern van het voorstel is om ‘het wezen van de kerk op basis van missie te heroverwegen’.

Lutherse zending nu

Het Nederlands Luthers Genootschap voor In- en Uitwendige Zending is in 2004 niet meegegaan in de Protestantse Kerk in Nederland. Dat betekende dat het NLG de oude partnerschappen vanuit de zending van de Evangelisch-Lutherse Kerk in het Koninkrijk der Nederlanden kon consolideren en versterken: het NLG ondersteunt de levendige lutherse traditie in Nederland en in het buitenland, financieel en/of met deskundigheid. Daar is voor gekozen omdat het NLG een stabiele maar kleine speler in het veld is, en geheel op vrijwilligers draait. Een groot deel van de ‘lutherse’ zendingsopdracht is al heel lang ondergebracht in Kerk in Actie. 

In het binnenland geeft het genootschap ieder jaar het Evangelisch-Luthers Dagboek uit, met het luthers dienst- en leesrooster, dagelijkse meditaties en een adressenbestand. Daarnaast worden op aanvraag lutherse projecten (mede) ondersteund. 

Indachtig het luthers wereldwijd denken over ‘ontwikkeling’ is het Genootschap een bescheiden, maar trouwe, partner van de afdeling Worldservice van de Lutherse Wereldfederatie. Worldservice is de uitvoerder van ontwikkelingshulp en noodhulp via de LWF. Met haar decennialange ervaring in de opvang van vluchtelingen is Worldservice een grote partner van de UNHCR, de mensenrechtenafdeling van de Verenigde Naties. 

In het buitenland ligt de nadruk op Suriname en het Indonesische eiland Nias en de daarnaast gelegen Batu-eilanden. Zo restaureerde het genootschap lutherse bejaardenhuizen in Paramaribo, ondersteunde het met emeritus predikanten vacatures in het domineesbestand van de lutherse kerk in Suriname en helpt het momenteel met zowel financiën als deskundigheid bij de restauratie van het Bätzorgel in de Maarten Lutherkerk aan de Waterkant in Paramaribo.

Ooit kwamen de eerste, door het Genootschap naar Nederlands-Indië uitgezonden, missionarissen min of meer bij toeval terecht op de Batu-eilanden. Op het belendende Nias werd samengewerkt met de Duitse Rheinische Mission. Vanouds draagt het Genootschap bij aan het theologisch onderwijs op Nias, als ook in de vorm van beurzen voor studenten die vanuit Nias en de Batu-eilanden elders hun scholing genieten. 

Het Genootschap helpt bij het bouwen van scholen, van pastorieën, bij de pensioenen van predikantsweduwen bij gebrek aan pensioenvoorzieningen, en nog veel meer praktische zaken. Zo wordt in dit Reformatiejaar samen met de Lutherse Diaconie Amsterdam en de Evangelisch-Lutherse Synode geld ingezameld voor speedboten voor de Batu-eilanden, hard nodig voor gemeenschapsvorming in die eilandenarchipel. 

Noten 

De betekenis van ‘missie’ en ‘zending’ zijn in het Nederlands gelijk. Veelal wordt ‘missie’ toegedicht aan de Rooms-Katholieke Kerk, ‘zending’ aan de protestanten. Wereldwijd wordt ‘missie’ gebruikt. Gek genoeg, daar het woord missie in de Bijbel niet voorkomt, ‘zending’ ook niet, ‘zenden’ daarentegen wel. Zoals in Johannes 20:21: ‘Zoals de Vader mij heeft uitgezonden, zo zend ik jullie uit’ (NBV) of: ‘Zoals de Vader mij heeft uitgezonden, zo stuur ook ik u uit’  (Naardense Bijbel). 

Volgens velen, in dit geval zo omschreven door David J. Bosch.

* Een uitgebreide versie van dit artikel met literatuuropgave vindt u op de website zendingsraad.nl/tussenruimte > …

[bij ruimtegebrek zullen we ook voor de literatuur verwijzen naar de website]

Literatuur

D.J. Bosch, ‘Transforming Mission, Paradigm Shifts in Theology of Mission’, New York, 2008, 243-262

P. Gäbler, ‘Geschichte der evangelischen Mission’, in Evangelische Kirchenlexikon. Kirchlich-theologisches Handwörterbuch, Band H-O (Spalte 1347-1354, Göttingen, 1962

The Lutheran World Federation, ‘Mission in Context, Transformation, Reconciliation, Empowerment’, Genève:, 2004

Manen, K.G. (red.), Lutheranen in de Lage Landen. Geschiedenis van een godsdienstige minderheid, Zoetermeer: Boekencentrum, 2011 

Nederlands Luthers Genootschap voor In- en Uitwendige Zending, Beleidsplan 2015-2020, www.luthersgenootschap.nl, 2015

J.H. Schjørring, (ed.), P. Kumari, N.A. Hjelm, From Federation to Communion. The History of the Lutheran World Federation, Minneapolis, 1997

E.J. Swensson, ‘Martin Luther and the Mission of God: Why all Christians Are Missionaries’, in: Word at Work, Institute of Lutheran Theology, 2014

M. Valčo, ‘Martin Luther’s Views on Mission and Christianization’ in: Oxford Research Encyclopedia of Religion, Oxford University Press, 2016

— Praxedis Bouwman is onder meer voorzitter van het Nederlands Luthers Genootschap voor In- en Uitwendige Zending en president van het aan de Lutherse Wereldfederatie verbonden communicatienetwerk voor lutherse minderheidskerken in Europa, KALME.